Nee, knijpen mag je niet
Want ik kan niet voorspellen
Wat je vervolgens ziet
Misschien voel je mijn warmte,
Mijn elasticiteit
Wie weet, vind je me wat te zwaar -
Bros, als je in me bijt
Ik ben vet, rond, zoet en vol
Ik ben een oer-Hollandse oliebol
Het AD heeft weer een fraai stukje opofferingsgezindheid aan de dag gelegd: de jaarlijkse oliebollentest. Als je de testers moet geloven, geen onverdeeld genoegen.
Wat me het meest interesseert, is de reactie van de oliebollenbakkers op hun lage notering in die befaamde test.
Allerlei smoezen passeren de revue:
- het meel van Koopmans deugt dit jaar niet (meel is de boosdoener)
- onze klanten stromen toe: die vinden onze baksels kennelijk wel lekker (de testers deugen niet: stelletje misbaksels)
- ons nieuwe recept heeft verkeerd uitgepakt (recept moet aan de schandpaal)
- het ligt aan de winterse kou, waardoor het vet anders smaakt (het weer is de schuld - waarvan niet eigenlijk?)
- door mijn koude vingers ben ik met de rumfles uitgeschoten (in het beslag, of in de mond van de bakker?)
Kinderen zijn er niets bij.
Nee, dan de bakker die hartelijk bedankt voor het advies van het AD-panel om een professional in te huren. Hij verklaart: 'We hebben dit ter harte genomen en hebben inmiddels advies ingewonnen bij een van de toppers op uw lijst'.
Zo kan het ook!
Twee onsmakelijke omschrijvingen springen eruit:
- Een vetbol waar de smurrie bij een beetje druk uitspuit als een jeugdpuistje waarin wordt geknepen. De smaak valt overigens nog wel mee.
- Moddervette braakballen die net zo snel naar binnen als naar buiten glijden. In deze olie moet eerst bedorven vis zijn gebakken (etc.).
De bakker van omschrijving 1 reageert met: 'Hartelijk dank voor de beoordeling van onze oliebol'.
Dat is nog eens sportief!
De reactie van de maker van de "braakballen" staat helaas niet in de krant afgedrukt.
Toch maar zelf oliebollen bakken met Oudjaar?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten