16 juli 2010

Column



Een gewoonte afleren. Dat kost je zo'n veertig dagen, een kleine zes weken. Een gewoonte zoals de onhebbelijkheid om overal een mening over te moeten hebben. Kun je dat afleren?
Het lijkt een zwaardere opdracht dan een mens aan kan. Want zeg nou zelf: iedereen heeft overal altijd een mening over.
En het ergste is: hij wil die ook altijd overal ventileren.
Het meest favoriete en zinloze discussieonderwerp is "het weer". Want als er één ding, zoals het is, dan is het wel het weer.

'Wat een hitte'.
'Ik vind het juist heerlijk, die warmte'.
'Voor mij hoeft het niet die zomer, geef mij maar herfst'.

Hetzelfde geldt voor meningen over boeken, films, tv-programma's.
Wat kan jou het schelen, wat Jan, Piet of Klaas ervan vindt. Misschien denk jij er heel anders over.
Waarom willen we eigenlijk overal wat over te zeggen hebben?
Verveling, gebrek aan andere gespreksonderwerpen, geldingsdrang, aandachttrekkerij?
Die geldingsdrang, daar zit wel wat in.
Als jij je mening over iets geeft, dan ga je ervan uit dat die mening wat zinvols toevoegt aan een gesprek.
Maar is dat wel zo?
Veelal praten mensen elkaar na. Soms net iets anders geformuleerd. Je hoofd is volgeprogammeerd met dingen die je leest, hoort, ziet, meegemaakt hebt.
Hoe origineel ben je eigenlijk? (Of hoe arrogant?)
Misschien geef je je mening wel te pas en te onpas uit angst. Angst dat wanneer jij je niet roert, ze je vergeten. Je er niet bij hoort. Je op een zijspoor belandt. Uitgerangeerd!
Prima!
Dan heb je eindelijk rust.
Rust om je aan de kunsten te wijden. En bijvoorbeeld een column te schrijven!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten