Het oog van de orkaan is het windstille gebied in het centrum van een orkaan. Ik vind dat een mooi beeld voor de rust die ik krijg, als ik mijn vertrouwen op God stel.
Alles om het oog heen raast, buldert en beweegt. Te midden van dat tumult kan ik schuilen in het oog waar rust en vrede zijn.
Hoe vaak heb ik dat niet meegemaakt. Dat situaties te verwarrend, beangstigend of overweldigend leken. De enige remedie is om bij God te schuilen.
In psalm 27:5 komt dat naar voren:
"Want Hij bergt mij in Zijn hut ten dage des kwaads, Hij verbergt mij in het verborgene van Zijn tent."
Over die psalm heeft God me iets laten zien. Na vers 5 staat er:
"Hij plaatst mij hoog op een rots. En nu heft mijn hoofd zich op boven mijn vijanden rondom mij."
Nu lijkt het alsof God me in één klap uit de narigheid verlost en me boven de situatie uit tilt. Dat zou wel prettig zijn. Maar God zei me dat tussen dat schuilen en het op de rots staan de verzen 7 tot en met 10 zich afspelen.
Daarin staat:
"Hoor, Here, hoe ik luide roep. Wees mij genadig en antwoord mij. Van Uwentwege zegt mijn hart: 'Zoek mijn aangezicht.' Ik zoek uw aangezicht Here. Verberg uw aangezicht niet voor mij, wijs uw knecht niet af in toorn, Gij waart mijn hulp; verwerp mij niet en verlaat mij niet, o God mijns heils. Al hebben mijn vader en moeder mij verlaten, toch neemt de Here mij aan."
Die verzen vertellen precies wat er in zo'n angstige periode met me kan gebeuren. Welke gevoelens en twijfels er door me heen kunnen gaan.
Ik heb dan wel een schuilplaats bij God, maar toch vliegt angst me nog aan. Ik roep om hulp en vraag God om antwoorden. Het is God die me dan aanspoort om Hem te zoeken in mijn angst. Ik ben bang dat God boos is, als er niets verandert in mijn situatie. Dat Hij me niet langer zal helpen en me in de steek zal laten. Zelfs mijn geliefden verlaten me.
En dan merk ik dat God bij me is en van me houdt. Dat Hij te vertrouwen is en doet wat Hij gezegd heeft.
Op dat moment is er vertrouwen gekomen dat dikwijls de overwinning inluidt.
God roept me tevoorschijn uit mijn schuilplaats, omdat ik weer sterk genoeg geworden ben en nu lijken mijn vijanden klein.
De enige juiste reactie op dat moment is om God te bedanken voor Zijn liefde en hulp. Vers 6, tweede deel:
"Daarom wil ik in zijn tent offeren offers met geschal, ik wil zingen, ja psalmzingen de Here."
Ik ben vaak in het oog van de orkaan te vinden, waar God is. En gelukkig hoeft het daarvoor niet altijd crisis te zijn!