Ik babbelkabbel botsklots tussen de kaden
zonlicht versplintert mijn gezicht
tot duizend kleine diamanten
Met dwingende handen duw ik trage
zwanen voor de boten langs
Kinderen breken me de benen met hun
onbesuisde sprongen vanaf de kant
Als de ondergaande zon mijn wangen rood
kleurt, een late boot mijn huid doet rimpelen
knipper ik nog een keer met mijn wimpers
De nacht wiegt me in haar fluwelen armen
geluiden glijden over mijn spiegelbeeld
zonder sporen achter te laten
Ik mompeldompel zachtjes - sluit mijn ogen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten